'Vikings': Waarom wilde Ragnar Lothbrok per se dood?

In het vierde seizoen van Vikings gebeurde iets dat televisieseries zelden doen: de hoofdpersoon kwam om het leven. de Noorse Ragnar Lothbrok werd geëxecuteerd middels een slangenput. Daarna kon de serie door en zagen we de focus verlegd worden op de zoons van Ragnar.

De dood van Ragnar was al langer in de maak: het was eigenlijk zijn eigen plan. Maar waarom precies?

Vikings-dood
Het vierde seizoen van Vikings draaide in basis om de val van Ragnar. Hij besloot naar Engeland te varen om zijn reputatie in ere te herstellen. Hij gebruikte daarvoor geld om een kleine crew te verzamelen en zijn gehandicapte zoon Ivar the Boneless.

Ragnar wilde dood. Dat zei hij zelfs tegen koning Ecbert. Eerst daagde Ragnar zijn zoons uit om hem te doden, maar dat deden ze niet. Daarna hing hij zichzelf op aan een boom - een verwijzing naar de mythe van Odin, die zichzelf aan de boom Yggdrasil hing. Het touw brak en Ragnar overleefde, waarna hij het op Ecbert gooide. Hij wist hem te verleiden om hem over te dragen aan koning Ælle. Dat deed Ragnar door te doen alsof zijn zoons hem dat nooit zouden verwijten.

Wat natuurlijk wel gebeurde, want Bjorn, Ubbe, Hvitserk, Sigurd en Ivar namen een leger van duizenden soldaten mee en versloegen Ælle. Die werd gruwelijk vermoord door Bjorn met een blood eagle. Voor Ecbert gold dat hij een vredigere dood kreeg: hij mocht zijn polsen doorsnijden en zo doodbloeden.

De dood van Ragnar diende dus meerdere doelen en kwam in zekere zin neer op een wens van de beste man zelf, waarmee hij zijn grootste vijanden - de koningen van Engeland - meteen te grazen wist te nemen.