Recensie
Recensie Netflix-serie 'Copenhagen Cowboy'
Het leven is een zwijnenstal in deze gitzwarte Deense serie.
Regie: Nicolas Winding Refn | Cast: Angela Bundalovic (Miu), Andreas Lykke Jørgensen (Nicklas), Li li Zhang (Mor Hulda), Zlatko Buric (Miroslav), Shang Preben Madsen (Lai), e.a. | Afleveringen: 6 | Speelduur: 46-56 minuten | Jaar: 2022
Miu is illegaal in Denemarken. Ze zou geluk brengen en wordt door louche types ingehuurd. Prostituees en gangsters bevolken de onheilspellende neonwereld waarin Miu zich staande moet houden. Langzaam maar zeker wordt echter duidelijk dat de fragiel ogende Miu wellicht de gevaarlijkste van allemaal is.
Met de miniserie Copenhagen Cowboy keert filmmaker Nicolas Winding Refn, het meest bekend van Drive, na lange tijd terug in Denemarken. Door de jaren heen is zijn stijl steeds extremer geworden en met Copenhagen Cowboy zet hij deze lijn door. Op veel plekken baden de personages in artificieel licht. Statische shots met dramatische schaduwen en extravagante decors doen regelmatig denken aan klassieke schilderijen. Ondanks het harde geweld kabbelt alles rustig voort, waardoor Refn antwoord geeft op de vraag wat er gebeurt wanneer je actie met slow cinema combineert.
Zijn vorige project was eveneens een miniserie, Too Old to Die Young, en maakte duidelijk dat hij zich niet bekommert om toegankelijkheid. Het bloed spatte van het scherm en de bizarre twists riepen wisselende reacties op. In Copenhagen Cowboy houdt Refn zich ietsje in wat betreft expliciet geweld. Er vloeit minder bloed en de gruwelijkste dingen gebeuren buiten beeld. Desondanks heb je een sterke maag nodig voor de flinke dosis zwartgalligheid.
Opvallend is ook de grote aanwezigheid van varkens. Deze zorgde zelfs voor een klacht van dierenrechtenorganisatie PETA, die de makers betichtte van het veroorzaken en exploiteren van dierenleed, wat ertoe leidde dat de expliciete (echte) dood van een varken uit de serie werd geknipt. Buiten de aanwezigheid van varkens als huisdieren, voor vlees of om lijken te eten, maakt een man geluid als een varken wanneer hij in elkaar wordt geslagen. Het zijn bij Refn dan ook de mannen zelf die zich als zwijnen gedragen. Ze zijn verwerpelijk en lijden aan grootheidswaanzin.
Nog meer dan in eerdere werken ligt Refns kritiek op de samenleving er dik bovenop. De vader van een van de personages trekt de wereld rond om te vertellen over wat mannen onderscheidt van de rest van de mensheid: hun pik. En volgens hem maakt dat hen superieur. Een niet erg subtiele kritiek op de alt-right en misogynie, maar daarom ook best grappig. En op die momenten die zo overtrokken zijn dat ze grappig worden is de serie ook gelijk op haar best.
Wanneer Refn zichzelf en zijn stijl doodserieus lijkt te nemen weegt het trage tempo namelijk door. De camera draait vaak rond in een ruimte om te laten zien wie er zitten of te vangen hoe een personage zich door een ruimte beweegt. Het is filmisch een knap staaltje werk, maar tegelijkertijd een repetitief trucje dat de kijker uit het verhaal trekt.
Zo treedt Refn op bepaalde manieren in de esthetische voetsporen van de Italiaanse giallo's van Dario Argento. Waar de extreme esthetiek daarin wordt gecombineerd met vermaak, vergeet Refn af en toe dat enige luchtigheid geen overbodige luxe is. Pooiers, prostituees en huurmoordenaars belichamen een gitzwart wereldbeeld. Elk stukje blijdschap is eruit weggezogen en dat maakt het moeilijk om enig gevoel te hebben voor alles wat er gebeurt.
Gelukkig zorgen de artistieke uitschieters, zoals Miu's laatste gevecht, ervoor dat je af en toe ook onder de indruk naar het beeldscherm zit te kijken. Dan begrijp je ineens wat een privilege het moet zijn geweest om deze serie samen met Refn-liefhebbers op het filmfestival van Venetië op het grote doek te zien. Dat illustreert Copenhagen Cowboy misschien nog wel het beste: Refn is simpelweg Refn. Bevalt zijn werk je, dan komt het waarschijnlijk wel goed. Vind je dat de man lijdt aan dezelfde grootheidswaanzin als zijn personages, dan kan je deze serie beter overslaan.
Copenhagen Cowboy is te zien bij Netflix.
Miu is illegaal in Denemarken. Ze zou geluk brengen en wordt door louche types ingehuurd. Prostituees en gangsters bevolken de onheilspellende neonwereld waarin Miu zich staande moet houden. Langzaam maar zeker wordt echter duidelijk dat de fragiel ogende Miu wellicht de gevaarlijkste van allemaal is.
Met de miniserie Copenhagen Cowboy keert filmmaker Nicolas Winding Refn, het meest bekend van Drive, na lange tijd terug in Denemarken. Door de jaren heen is zijn stijl steeds extremer geworden en met Copenhagen Cowboy zet hij deze lijn door. Op veel plekken baden de personages in artificieel licht. Statische shots met dramatische schaduwen en extravagante decors doen regelmatig denken aan klassieke schilderijen. Ondanks het harde geweld kabbelt alles rustig voort, waardoor Refn antwoord geeft op de vraag wat er gebeurt wanneer je actie met slow cinema combineert.
Zijn vorige project was eveneens een miniserie, Too Old to Die Young, en maakte duidelijk dat hij zich niet bekommert om toegankelijkheid. Het bloed spatte van het scherm en de bizarre twists riepen wisselende reacties op. In Copenhagen Cowboy houdt Refn zich ietsje in wat betreft expliciet geweld. Er vloeit minder bloed en de gruwelijkste dingen gebeuren buiten beeld. Desondanks heb je een sterke maag nodig voor de flinke dosis zwartgalligheid.
Opvallend is ook de grote aanwezigheid van varkens. Deze zorgde zelfs voor een klacht van dierenrechtenorganisatie PETA, die de makers betichtte van het veroorzaken en exploiteren van dierenleed, wat ertoe leidde dat de expliciete (echte) dood van een varken uit de serie werd geknipt. Buiten de aanwezigheid van varkens als huisdieren, voor vlees of om lijken te eten, maakt een man geluid als een varken wanneer hij in elkaar wordt geslagen. Het zijn bij Refn dan ook de mannen zelf die zich als zwijnen gedragen. Ze zijn verwerpelijk en lijden aan grootheidswaanzin.
Gerelateerd nieuws
Nog meer dan in eerdere werken ligt Refns kritiek op de samenleving er dik bovenop. De vader van een van de personages trekt de wereld rond om te vertellen over wat mannen onderscheidt van de rest van de mensheid: hun pik. En volgens hem maakt dat hen superieur. Een niet erg subtiele kritiek op de alt-right en misogynie, maar daarom ook best grappig. En op die momenten die zo overtrokken zijn dat ze grappig worden is de serie ook gelijk op haar best.
Wanneer Refn zichzelf en zijn stijl doodserieus lijkt te nemen weegt het trage tempo namelijk door. De camera draait vaak rond in een ruimte om te laten zien wie er zitten of te vangen hoe een personage zich door een ruimte beweegt. Het is filmisch een knap staaltje werk, maar tegelijkertijd een repetitief trucje dat de kijker uit het verhaal trekt.
Zo treedt Refn op bepaalde manieren in de esthetische voetsporen van de Italiaanse giallo's van Dario Argento. Waar de extreme esthetiek daarin wordt gecombineerd met vermaak, vergeet Refn af en toe dat enige luchtigheid geen overbodige luxe is. Pooiers, prostituees en huurmoordenaars belichamen een gitzwart wereldbeeld. Elk stukje blijdschap is eruit weggezogen en dat maakt het moeilijk om enig gevoel te hebben voor alles wat er gebeurt.
Gelukkig zorgen de artistieke uitschieters, zoals Miu's laatste gevecht, ervoor dat je af en toe ook onder de indruk naar het beeldscherm zit te kijken. Dan begrijp je ineens wat een privilege het moet zijn geweest om deze serie samen met Refn-liefhebbers op het filmfestival van Venetië op het grote doek te zien. Dat illustreert Copenhagen Cowboy misschien nog wel het beste: Refn is simpelweg Refn. Bevalt zijn werk je, dan komt het waarschijnlijk wel goed. Vind je dat de man lijdt aan dezelfde grootheidswaanzin als zijn personages, dan kan je deze serie beter overslaan.
Copenhagen Cowboy is te zien bij Netflix.
Interesse om voor ons te komen schrijven? Wij zijn op zoek naar freelance redacteuren.