
'De Geniale Vriendin' seizoen 4: briljante serie over vriendschap, jaloezie, verwijdering en toenadering in een roerige Napolitaanse wijk
Het slotstuk herbergt net zoveel pure kwaliteit als de eerdere seizoenen.
Na bijna drie jaar wachten wordt het aangrijpende verhaal van Lenù en Lila, de jeugdvriendinnen wier levens onlosmakelijk verbonden zijn, eindelijk afgesloten. Wie de eerste drie seizoenen van De Geniale Vriendin nog niet heeft gezien, moet alles laten vallen en die meteen gaan bingen. Deze Napolitaanse serie is namelijk het allerbeste wat televisie op het gebied van familie- en streekverhalen te bieden heeft. Ook het slotstuk van de verfilming van Elena Ferrantes geniale romanreeks biedt weer evenveel pure kwaliteit.
Ondanks een nieuwe regisseur heeft de serie nog steeds dezelfde sfeer, toon en intensiteit, al worden de meeste personages nu door oudere acteurs gespeeld. Alba Rohrwacher, die voor alle seizoenen de voice-over verzorgde en van wie we in de slotscène van seizoen drie al een glimp opvingen, is de nieuwe Lenù en Irene Maiorino de nieuwe Lila. Het is misschien even wennen om niet meer naar de vertrouwde gezichten van Margherita Mazzucco en Gaia Girace te kijken, maar de onderdompeling in beider levens is na enkele afleveringen alweer compleet.
Alhoewel, van Lila vernemen we niet zoveel aan het begin van dit vierde seizoen. We duiken vooral in de giftige relatie van Lenù met de aalgladde Nino. Deze man haalt altijd het slechtste in Lenù naar boven: destructieve naïviteit, onzeker makende jaloezie en zelfs onverschilligheid ten aanzien van haar eigen dochters. Het is een frustrerend gezicht. Lenù blijft zichzelf meten aan het oordeel van anderen en ook in haar schrijverscarrière durft ze maar niet op haar eigen kompas te varen. Nino, Lila, haar uitgever en zelfs haar 'vijanden' staan eigenlijk altijd aan het roer.
De Geniale Vriendin geeft alle personages die we al vanaf hun vroege jeugd kennen een waardig en soms onwaardig afscheid in dit extra lange slotseizoen, maar trapt niet in de val om alle verhaallijnen heel precies af te ronden. Deze levens lopen ook na de laatste scène nog door. Het is altijd de kracht van de serie geweest – voor een groot deel natuurlijk te danken aan het bronmateriaal van Ferrante – om platgetreden narratieve technieken, die we zó gewend zijn in films en series dat we ze niet eens meer als dusdanig herkennen, te logenstraffen.
Dit laatste komt tot uiting in zowel de grootste thema's als de kleinste details. Liefde, wraak, verzoening en zelfverwezenlijking vormen in het echte leven nooit zo'n perfecte boog als veel verhalen ons willen doen geloven, maar volgen vaak een grillig pad waarvan de uitkomst lang niet altijd zo mooi uitkomt. Heftige conflicten en gevoelens vinden vaak geen weerklank en ebben soms ook gewoon weer weg. De Geniale Vriendin valt in die zin geheel buiten het stramien van de moderne, voorspelbare opbouw van veel producties. Beide typen vertellingen hebben bestaansrecht, maar de onvoorspelbare is veel meer gegrond in de werkelijkheid.
Die onvoorspelbaarheid zit ook in de manier waarop sommige scènes zijn opgebouwd. Wanneer een van de personages naarstig naar iemand op zoek is en we een vrachtwagen voorbij zien rijden, is de verwachting dat diegene aan de andere kant van de weg zal opdoemen, zoals we al zo vaak hebben gezien bij dit soort scènes. Maar nee, het moment gaat voorbij. Het leven is geen film.
Visueel is De Geniale Vriendin weer tot in de puntjes verzorgd. Het tijdsbeeld van rond 1980 wordt minutieus gereconstrueerd. De serie zet de juiste auto's, kleding, huizenblokken, inrichtingen en nieuwsbeelden haast achteloos perfect op het scherm. Dit ís de wereld van Lenù en Lila in de roerige tijden van Italië en Napels in het bijzonder. Een wereld waarin wij gelukkig nog tien afleveringen mogen vertoeven.